‘We moeten accepteren dat duurzaamheid niet vanzelf gaat in de logistiek’

Logistiekprofs op 3 september 2019 | 5 minuten leestijd

Bedrijven en overheden hebben er de komende jaren een zware kluif aan: het vergroenen van de logistieke sector. De Nederlandse CO2-uitstoot moet in 2050 zijn teruggebracht naar praktisch 0. Voor de logistiek betekent dat ook een forse inspanning. Welke stappen zijn nodig? En hoe goed doen we het al? Een interview met kennisinstituut TNO op de Dag van de Duurzaamheid. 

De afgelopen jaren zat TNO met verschillende partijen, waaronder de Topsector Logistiek, om de tafel om te onderzoeken hoe de groeiende transportsector zijn uitstoot de komende jaren drastisch kan terugdringen. 

Systeemverandering

Jordy Spreen

TNO-onderzoekers Hans Quak en Jordy Spreen vatten het resultaat van die inspanningen kort samen: er zijn veranderingen op systeemniveau nodig. “Kleine deeloplossingen zijn niet genoeg”, legt Spreen uit, die zich bij TNO bezighoudt met projecten op het gebied van duurzame logistiek. “Je moet ketenbreed kijken. Niet alleen naar vervoer, ook naar het bundelen van stromen, het optimaliseren van de planning en het verduurzamen van verpakkingen.” Dat is lastig in een sector die heel versnipperd is, stelt Quak, specialist in stadslogistiek. “Er zijn heel veel partijen bij betrokken, anders dan bijvoorbeeld in de energiesector.” 

Een van de deeloplossingen die vaak wordt genoemd, is elektrisch vervoer. Menig bestelbus rijdt al elektrisch en binnen enkele jaren zullen ook trucks volgen. Quak: “Op dit moment zijn elektrische trucks nog nauwelijks beschikbaar bij fabrikanten en worden dieseltrucks nog omgebouwd tot bijvoorbeeld elektrische trucks, maar grote partijen als Volvo zijn bezig met de ontwikkeling van nieuwe elektrische wagens. Dat zijn hele goede ontwikkelingen, maar we moeten niet op één paard wedden. Er zijn specifieke oplossingen voor specifieke stromen nodig. We weten nog niet wat de winnende technologie wordt. Voor het ene segment is waterstof of de fietskoerier misschien wel de toekomstige winnaar en voor het andere segment elektrisch. Daarom praten we bij TNO over 0-emissie vervoer, niet zozeer over elektrisch vervoer.” 

Focus op efficiëntie

TNO ziet dat veel bedrijven en (lokale) overheden de onderzoeken en regelgeving niet afwachten, maar op eigen initiatief aan de slag gaan met verduurzaming. Quak: “Dat is goed om te zien. Ze maken de overstap naar andere modaliteiten, ze plannen efficiënter, verpakken anders. Wat je daarin wel merkt, is dat de focus ligt op efficiëntie. Is het efficiënter, dan is het duurzamer. Daar zijn we heel blij mee, maar het is bij lange na niet genoeg om te voldoen aan het Klimaatakkoord. Wil de sector echt verduurzamen, dan moeten we accepteren dat daar investeringen bij horen.”

Lokale inkoop

Welke maatregelen worden vaak onderbelicht in de zoektocht naar duurzaamheid? Samenwerking mag meer aandacht krijgen, meent Spreen. “Het bundelen van stromen kan mogelijk helpen. Maar dat is moeilijk als partijen het lastig vinden om hun data te delen. Bovendien is deze maatregel niet altijd even zichtbaar. Als je twee ladingen bundelt, rijdt er toch ergens een vrachtauto.” 

Daarnaast wordt aan lokale inkoop weinig aandacht besteed, stelt Quak. De manier waarop bedrijven inkopen, bepaalt de hoeveelheid ritten die worden gemaakt. “Er zijn partijen die al lokaal inkopen, maar er is nog een wereld te winnen. Wat is de footprint van een bepaalde bestelling? Kan je iets lokaal kopen wat anders van ver komt? En moet iets echt elke dag bezorgd worden of kan het ook een paar dagen wachten? Wat dat betreft moet de sector echt leren onthaasten.”

Dat bewustzijn is bij consumenten ook nog onvoldoende aanwezig. Zij laten zich door webwinkels op hun wenken bedienen met bezorging op dezelfde of de volgende dag en sturen producten massaal retour. Spreen: “De situatie die we nu hebben gecreëerd is onhoudbaar. De mentaliteit van ons als klant moet veranderen. Ik zie dat echter niet pessimistisch in. Het is nu al anders dan een paar jaar geleden als je kijkt naar afhaalpunten, afgegeven tijdslots et cetera. Koeriers staan daardoor al minder vaak voor een dichte deur.”

Vertrouwen in de toekomst

Quak en Spreen willen benadrukken dat zij vertrouwen hebben in de weg naar een emissievrije toekomst. “Tuurlijk is het lastig, een hele verandering”, besluit Quak. “Daarom moeten we op een andere manier gaan denken en accepteren dat die omslag niet van zelf gaat; dit zal inspanning en geld gaan kosten. Als we dat doen, kan er echt heel veel. Daarin is voor TNO een belangrijke rol weggelegd: feitelijke informatie verstrekken over hoe het systeem CO2-neutraal kan worden gemaakt, zodat bedrijven en overheden daarmee aan de slag kunnen.” 

Gerelateerde artikelen