‘Met flexibele warehousing kom je dichterbij de eindbestemming’

Logistiekprofs op 5 april 2017 | 3 minuten leestijd

Omdat verladers gedurende het jaar te maken hebben met een wisselende capaciteitsbehoefte staan warehouses vaak gedeeltelijk leeg, terwijl er op andere plekken juist sprake is van een overschot aan producten. Volgens kennisinstituut Dinalog is het daarom zaak warehousecapaciteit met elkaar te delen.

Coen de Lange, Program manager MKB bij Dinalog, stelt tijdens Logistics & Distribution dat het delen van warehouscapaciteit momenteel steeds aantrekkelijker bevonden wordt door een aantal trends:

  • Een afname van lange termijn contracten. Contracten die worden afgesloten hebben doorgaans een lengte van drie tot vijf jaar.
  • Sterke capaciteitswisseling door het jaar heen.
  • Toename dunnere stromen door de opkomst e-commerce
  • Toenemende behoefte aan kortere doorlooptijden.
  • Verschuiving van vaste kosten naar variabele kosten. Partijen willen alleen betalen wanneer zij ook daadwerkelijk warehousing nodig hebben.
  • Nieuwe modellen stadslogistiek. Binnen het uur leveren is lastig als je één centraal dc hebt. Door gebruik te maken van andermans warehouse, kan je verschillende locaties testen.

De Lange meent dat verladers bij een overschot aan producten vaak nog op zoek gaan naar een plekje in de nabije omgeving. “Bedrijven vinden het toch fijn wanneer de voorraden dichtbij worden opgeslagen. Maar waarom zou je je voorraden niet dichterbij de eindklant brengen?”

Een goed voorbeeld hiervan is volgens De Lange het bedrijf Stockspots. Deze marktplaats gaat in oktober live en maakt restcapaciteiten inzichtelijk. Een logistiek dienstverlener die op zoek is naar opslagruimte voor de maanden januari en februari kan daar op Stockspots eenvoudig naar zoeken. De beschikbare locatie kan aangeven hoeveel capaciteit er beschikbaar is en of er ook materieel en personeel beschikbaar wordt gesteld. Stockspots zou momenteel met zo’n zestig warehouses samenwerken. Dat moeten er voor de livegang honderd zijn.

Volgens De Lange kan dit de toekomst worden van warehousing, al blijven sommige partijen  huiverig om (fysiek) afstand te nemen van hun voorraad. “Ik sprak laatst een retailer die per se wilde dat al zijn voorraad achter zijn kantoor lag, omdat hij het zo fijn vond om er doorheen te lopen. Maar is dat efficiënt? Nee.” Techniek zou ervoor moeten zorgen dat verladers meer controle krijgen over hun voorraden. Zelfs als ze tien verschillende locaties gebruiken, zouden ze in één oogopslag moeten zien wat waar ligt. “Dan ben je ook niet meer afhankelijk van de excelsheets die aangeven dat er bij je buurman nog een voorraadje staat.” 

Redactie LogistiekProfs