Krijgen we in de toekomst pop-up factories?

Marcel te lindert op 15 juli 2015 | 4 minuten leestijd

Nieuwe ontwikkelingen in productieautomatisering zorgen ervoor dat het eenvoudiger, sneller en goedkoper wordt om nieuwe productielijnen in te richten. De vraag is in hoeverre deze ontwikkelingen het denken over supply chain management en wellicht de inrichting van supply chains zal veranderen. Het wachten is op de eerste pop-up factory.

‘Factory in a Day’ is de naam van een Europees onderzoeksproject waarin de Technische Universiteit Delft een voortrekkersrol speelt. Het doel: binnen één dag een complete productielijn met behulp van robots inrichten. Nu duurt het nog minstens drie maanden voordat een robot operationeel is, wat leidt tot lange doorlooptijden en hoge kosten. De helft van de implementatiekosten van een klassieke robot gaat immers op aan systeemintegratie, een kostenpost die nagenoeg wegvalt als de daarvoor benodigde tijd wordt teruggebracht tot één dag.

Het project is vooral gericht op het midden- en kleinbedrijf, dat nu nog maar weinig robots gebruikt. De reden is dat deze bedrijven vaak maar kleine series maken, waardoor een klassieke robot simpelweg te duur is. Met een robot die binnen een dag een nieuwe taak kan aanleren, wordt het opeens wel aantrekkelijk om in deze technologie te investeren. Zeker omdat deze korte inleertijden het interessant maken om robots voor korte tijd in te huren. De Eindhovense start-up Smart Robotics werpt zich met financiering van onder meer de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM) op als robot-uitzendbureau.

Samen met andere ontwikkelingen zoals 3D-printing en het Internet of Things zorgt de nieuwe generatie robots ervoor dat we sneller en eenvoudiger dan ooit productielijnen kunnen opzetten. Het zal nog weliswaar nog even duren voordat 3D-printing geschikt is om huidige massaproductietechnieken zoals spuitgieten te vervangen – als dat ooit gaat gebeuren -, maakt het in ieder geval mogelijk om sneller en goedkoper nieuwe mallen voor spuitgietmachines te maken. Ook in het project ‘Factory in a Day’ is voor 3D-printing een belangrijke rol weggelegd, denk aan de vervaardiging van nieuwe onderdelen voor de productielijn zoals nieuwe grijpers voor de robot. Het Internet of Things maakt het vervolgens mogelijk om een nieuw aangeleerd ‘kunstje’ van de ene naar de andere robot te kopiëren, zelfs als die aan de andere kant van de wereld staat.

Deze ontwikkelingen in productietechnieken zullen het denken over de inrichting van supply chains veranderen. Allereerst dalen de kosten en doorlooptijden voor het in productie nemen van nieuwe producten. Bedrijven zullen eerder besluiten om een nieuw productontwerp in de praktijk te testen en kleine series te produceren. Scoort het product niet, dan stoppen we de productie en zetten we de robots voor een ander product in.

Daarnaast neemt de flexibiliteit in de supply chain toe. Als een nieuw product in Zuid-Europa opeens een rage wordt en de vraag toeneemt, kan snel en goedkoop lokaal een extra, wellicht tijdelijke productielijn worden opgestart. Denk aan een pop-up factory die tijdelijk een aantal pop-up stores bedient.

Flexibiliteit betekent ook dat grote ondernemingen eenvoudiger kunnen schuiven met productiecapaciteit. Als de ene fabriek volloopt, kan binnen enkele dagen een deel van de productie worden verhuisd naar een andere fabriek met overcapaciteit. Nu kiezen veel bedrijven met meerdere fabrieken in Europa ervoor om in elke fabriek een deel van het assortiment voor heel Europa te produceren. Dat stelt hen omsteltijden te reduceren en grotere batches te produceren. Straks wordt het wellicht weer aantrekkelijker om in elke fabriek het complete assortiment voor de lokale markt te produceren.

Zover is het nu natuurlijk nog niet. Veel productiemiddelen zijn specifiek ontworpen voor bepaalde productgroepen en niet zo gemakkelijk uitwisselbaar. De vraag is echter of dat ook in de toekomst het geval zal zijn. Steeds meer bedrijven zullen bij de inrichting van productielijnen niet alleen kijken naar de productiekosten, maar ook naar de flexibiliteit. Dat leidt op lange termijn wellicht tot een beter rendement.

Marcel te Lindert – journalist logistiek en supply chain